Op 23 januari publiceerde het Nederlands Dagblad een artikel over de inburgering. In het artikel wordt aandacht besteed aan de belangrijke rol van taalvrijwilligers. Het Begint met Taal komt aan het woord als expert op het gebied van taalcoaching aan inburgeraars. Directeur Sylvia de Groot Heupner vraagt meer aandacht voor de belangrijke rol van taalvrijwilligers bij de integratie van nieuwkomers. In het artikel lees je waarom.
Hoe inburgeraars in Nederland klem komen te zitten
Inburgeraars in Nederland worden aan hun lot overgelaten. Ze moeten geregeld dure leningen afsluiten en de examenvragen zijn soms onbegrijpelijk. De Rekenkamer maakte deze week gehakt van de nieuwe inburgeringswet. Waar gaat het mis?
Wil je in Nederland komen wonen, dan moet je inburgeren. Met cursus en examen. Cabaretier Arjen Lubach kwam in zijn televisieprogramma Zondag met Lubach met hilarische voorbeelden van de examenvragen die aan inburgeraars gesteld worden.
Sylvia de Groot Heupner, directeur van Het Begint met Taal, zegt in het artikel:
‘De onafhankelijke controleur van de regering, de Rekenkamer, concludeert dat die eigen verantwoordelijkheid niet goed is onderbouwd en in de praktijk onvoldoende werkt. Het aantal geslaagden liep drastisch terug.
De Groot Heupner kan die vernietigende conclusie slechts beamen. Het Begint met Taal ondersteunt vrijwilligersorganisaties op 161 plaatsen in het land bij het slim organiseren van taalcoaching. Duizenden vrijwilligers zetten zich wekelijks in om ruim 20.000 anderstaligen te helpen bij het leren van de Nederlandse taal en wegwijs te worden in de samenleving.
Je leert de taal het snelst door veel taalcontact (oefenen in de praktijk) en goed taalonderwijs. Vrijwilligers zijn erg belangrijk voor het oefenen in de praktijk, zegt De Groot Heupner. ‘Taalcoaching is bedoeld als aanvulling op formeel onderwijs, niet als vervanging. Schrijnend dat de inburgering zo ingewikkeld geregeld is voor nieuwkomers die de taal nog niet machtig zijn.’
Wat ze ook ziet dat is inburgeraars terugschrikken voor de lening die ze moeten aanvragen om de taalcursus te bekostigen. ‘Ze weten de weg niet in het ondoorzichtige woud van aanbieders’. Ook daar bieden vrijwilligers vaak de helpende hand. In het onderzoek van de Rekenkamer blijkt dat een grote groep inburgeraars kiest voor het laagste niveau (inburgeringsexamen) in plaats van het staatsexamen op hoger niveau. Het presteren onder niveau is slecht voor de kansen van de inburgeraar, en berokkent de samenleving op termijn ook schade.
(…)
De Algemene Rekenkamer denkt dat een kwart van de bedrijven die taalcursussen aanbiedt niet het Blik-op-werk-keurmerk heeft. De schattingen van het aantal bedrijven in deze welig tierende branche lopen uiteen van 160 tot 190. Voor De Groot Heupner staat vast dat gemeenten weer de regie moeten krijgen bij het inburgeren. Ook zou in de wet de rol van vrijwilligers moeten worden vastgelegd. Die worden nu niet eens genoemd. Ook zijn er geen middelen voor vrijgemaakt. Taalcoaching is niet gratis.
Lees hier het artikel in het Nederlands Dagblad