Mensen met een visuele beperking kunnen heel goed meedoen met taalcoaching, omdat de focus ligt op luisteren en spreken en niet op lezen en schrijven. Toch is taalcoaching op dit moment niet voor iedereen toegankelijk. Wij spraken met Amany Shalha, werkzaam bij de Oogvereniging. Ze vertelt over haar eigen ervaring als nieuwkomer met een visuele beperking en geeft 10 tips hoe je als coördinator of taalvrijwilliger taalcoaching toegankelijker kan maken.
Communiceren zonder taal
In 2015 vluchtte Amany vanuit Syrië naar Nederland. Amany studeerde Engels aan de universiteit in Syrië. Ze had verwacht zich goed met het Engels te kunnen redden in Nederland. Dit viel tegen. En als je blind bent of een visuele beperking hebt, is communiceren zonder gemeenschappelijke taal een extra uitdaging. Amany had namelijk niet de mogelijkheid om met gebaren (aanwijzen) iets duidelijk te maken. Je bent dan al snel afhankelijk van anderen. En dat is precies wat Amany niet wilde. “Ik wilde vechten om te laten zien dat ik ook een plek verdien in de maatschappij.”
Toegankelijkheid taalcoaching
Het werd een uitdaging om taalonderwijs te volgen. Bij sommige taalscholen werd Amany zelfs geweigerd(!). En dat terwijl Amany de Nederlandse taal snel oppikte. Bij mensen met een visuele beperking is het gehoor meestal extra ontwikkeld. Zij kunnen juist heel goed meedoen met taalles en taalcoaching. Volgens Amany is het vaak onwetendheid bij organisaties. Met een paar kleine aanpassingen worden taalscholen en taalcoachorganisaties al toegankelijk(er).
10 Tips voor coördinatoren en taalvrijwilligers
Taalcoaching voor deelnemers die blind of slechtziend zijn: wat is anders dan taalcoaching zonder visuele beperking? Waar moet je rekening mee houden? Hieronder vind je tien tips.
- Vraag wat voor visuele beperking je deelnemer heeft. Kan je deelnemer wel iets zien? Probeer dan of je gebruik kunt maken van afbeeldingen en maak eventueel gebruik van hulpmiddelen, zoals een loep.
- Vraag of je deelnemer altijd al blind of slechtziend is geweest. Dit kan ook op latere leeftijd zijn ontstaan. Dit bepaalt hoe je deelnemer door het leven is gegaan en mogelijk bepaalde dingen kan of weet. Als je deelnemer vanaf de geboorte blind is, weet diegene bijvoorbeeld niet precies wat je bedoelt met de kleur "blauw" of de kleur "groen".
- Vraag hoe je deelnemer in het land van herkomst omging met de visuele beperking: Kan je deelnemer zelf op pad? Of zelfstandig een computer of telefoon bedienen? In Nederland zijn er hoge verwachtingen qua zelfredzaamheid van mensen met een visuele beperking. Zo wordt er van je deelnemer verwacht dat hij/zij zelf naar buiten kan gaan en zelf zijn/haar financiën kan regelen. Hier kun je concrete oefendoelen van maken en bijvoorbeeld samen naar buiten gaan.
- Laat je deelnemer iets voelen en benoem daarbij het woord.
- Gebruik geluidsfragmenten om de woordenschat op te bouwen. Ben je samen naar buiten geweest? Neem dit gesprek ook op. Laat eventueel je eigen deelnemer ook de woorden in eigen taal inspreken, zodat je deelnemer hierop terug kan vallen.
- Maak gebruik van SpreekTaal: Luister- en spreekoefeningen zijn goed te gebruiken! Vraag of je deelnemer de afbeelding kan bekijken, bijvoorbeeld met een loep.
- Maak gebruik van (audio)fragmenten op youtube of luister naar Nederlandse liedjes of een radiofragment. Ook zijn er apps en hulpmiddelen die speciaal ontwikkeld zijn voor blinden- en slechtzienden, zoals de daisyspeler.
- Vraag of je je deelnemer bij de arm vast mag houden. Mensen met een visuele beperking zijn dat vaak gewend en het voelt vertrouwd.
- Beschrijf wat je doet. “Ik ga nu naast je zitten.” “Ik loop nu naar de deur.”
- Tip voor coördinatoren: Zet in op het werven van taalvrijwilligers met een visuele beperking. Zij kunnen deelnemers heel goed coachen in spreken en luisteren. Bovenstaande tips gelden dan ook voor coördinatoren die een slechtziende of blinde taalvrijwilliger begeleiden
Taalcoaching is ontzettend zinvol!
Amany: “Taalcoaching voor mensen met een visuele beperking is ontzettend zinvol. Je helpt niet alleen met het oefenen van de taal, maar je helpt iemand ook zelfstandig te zijn.” Niet alleen bij de dagelijkse bezigheden, maar bijvoorbeeld ook bij het vinden van een baan. Mensen die kunnen zien hebben de mogelijkheid om zich met handen en voeten verstaanbaar te maken. Met sommige beroepen (zoals in de bouw) kun je dan al snel aan het werk. Maar voor mensen met een visuele beperking zijn er voornamelijk banen waarbij taal je kracht is.
Als taalcoach kun jij dus hét verschil maken voor deelnemer(s) met een visuele beperking. Met een paar kleine aanpassingen kun je al een stap zetten richting een toegankelijke taalcoachorganisatie.
Let op: Als taalcoach geef je geen taalles. Wil jouw deelnemer graag taalles volgen? Dan kan je deelnemer terecht bij een reguliere taalschool. Ook kunnen ze een revalidatie- en inburgeringsprogramma voor mensen met een visuele beperking volgen.
Neem contact op met de Ooglijn
Ben je taalvrijwilliger en heb je vragen over de visuele beperking van een deelnemer? Of wil je weten hoe je je hen het beste kunt begeleiden? Neem contact op met de Ooglijn: 030-2945444 of ooglijn@oogvereniging.nl.